Rechter wijst beroepen Tele2, Esprit, Pretium en KPN af

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft de beroepen van Tele2, Esprit en Pretium, en het beroep van KPN tegen het marktanalysebesluit vaste telefonie 2008 (VT2008) afgewezen. Met dit oordeel is het marktanalysebesluit VT2008 definitief vast komen te staan.

Uitspraak
In beroep stelden Tele2, Esprit en Pretium dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) strengere verplichtingen had moeten opleggen aan KPN. Het CBb wijst dit betoog af. Omdat de reguleringsperiode van het besluit VT2008 is afgelopen, kan KPN de verzwaring van haar verplichtingen niet meer in haar contracten met zakelijke eindgebruikers doorvoeren. Het beroep van Tele2, Esprit en Pretium is daarom niet-ontvankelijk.

Volgens KPN had ACM de gereguleerde retailtarieven verkeerd vastgesteld . Ook zou ACMeen te ruime invulling van het begrip ‘bundel’ hebben gebruikt. Met verwijzing naar de uitspraak van het CBb in de zaak VT2012 (uitspraak 18 september 2014) wijst het CBb ook dit beroep af.

Wat gebeurde er eerder?
Nadat het CBb in september 2011 al uitspraak had gedaan over het marktanalysebesluit VT2008, heeft ACM in april 2012 een aanvullend besluit genomen. Volgens het CBb hadACM ten onrechte retailregulering voor zakelijke telefonie ingetrokken. In het aanvullend besluit heeft ACM geconcludeerd dat de zakelijke retailmarkten voor vaste telefonie niet concurrerend zijn. Daarom werd aan KPN de verplichting opgelegd om een ondergrens voor zakelijke retailtarieven te gebruiken. KPN aan de ene kant en Tele2, Esprit en Pretium aan de andere kant stelden beroep in tegen dit besluit. Kort na het aanvullend besluit VT 2008 nam ACM op 1 mei 2012 nog een marktanalysebesluit VT, dit maal voor een nieuwe periode (VT2012).

Er zijn nog geen reacties op dit bericht.
Reageren op dit artikel